
Beleid Veiligheid & Gezondheid
Versie juni 2024
Inhoudsopgave
Hoofdstuk
1 Inleiding
1.1 Introductie
2 Missie, visie en doel
3 Grote risico's
3.1 Fysieke veiligheid
3.2 Sociale veiligheid
3.3 Gezondheid
4 Omgang met kleine risico's
5 Risico-inventarisatie
6 Thema’s uitgelicht
6.1 Grensoverschrijdend gedrag
6.2 Vierogenprincipe
6.3 Achterwachtregeling
7 EHBO regeling
8 Beleidscyclus
8.1 Beleidscyclus
8.2 Plan van aanpak
8.2.1 Welke maatregelen worden genomen?
8.2.2 Hoe worden maatregelen geëvalueerd?
9 Communicatie en afstemming intern en extern
10 Ondersteuning en melding van klachten
1 Inleiding
1.1 Introductie
Voor u ligt het beleidsplan Veiligheid en Gezondheid van BSO De Pettenvlet aan Zee. Met behulp van dit beleidsplan wordt inzichtelijk gemaakt hoe we op onze locatie werken. Met als doel de kinderen en medewerkers een zo veilig en gezond mogelijke werk, speel en leefomgeving te bieden waarbij kinderen beschermd worden tegen risico’s met ernstige gevolgen en leren omgaan met kleine risico’s.
Dit beleidsplan is herschreven in juni 2024 naar aanleiding van onze RI evaluatie. Om tot dit beleidsplan te komen zijn aan de hand van diverse thema’s gesprekken gevoerd met medewerkers en is er gekeken naar de RI van de afgelopen jaren. Centraal stond hierin of de huidige manier van werken leidt tot een zo veilig en gezond mogelijke werk-, speel- en leefomgeving. Indien noodzakelijk zijn er maatregelen opgesteld voor verbetering.
Manon Duinmeijer is eindverantwoordelijke voor het beleidsplan Veiligheid en Gezondheid. Een beleid komt in de praktijk echter pas goed tot zijn recht als alle medewerkers zich betrokken voelen en het beleid uitdragen. Daarom zal er tijdens elk teamoverleg een thema, of een onderdeel van een thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. Dit om continu in gesprek te blijven over het beleid. Zo blijven we scherp op onze werkwijzen, kunnen we monitoren of genomen maatregelen wel of niet effectief zijn en kunnen we bij veranderingen in de omgeving of situatie, zoals bij verbouwingen of veranderingen in de inrichting, direct controleren of het beleid al dan niet moet worden aangescherpt.
2 Missie, visie en doel
Missie:
Wij vangen kinderen op in een veilige en gezonde kinderopvang. Dit doen we door:
- Kinderen af te schermen van grote risico’s
- Kinderen te leren omgaan met kleinere risico’s
- Kinderen uit te dagen en te prikkelen in hun ontwikkeling
Visie:
De Pettenvlet aan Zee staat voor kinderopvang waar gewerkt wordt door te kijken naar het kind en vanuit daar een belangrijke bijdrage leveren aan de ontwikkeling, opvoeding en verzorging van kinderen. Het blijven uitdagen van kinderen en het leren omgaan met verschillende soorten situaties vormen daarvan een belangrijk onderdeel. Een veilige en gezonde leef- en speelomgeving vormt de basis van dit alles.
Doel :
Vanuit de wet Innovatie Kwaliteit Kinderopvang dienen wij een beleid te creëren ten aanzien van Veiligheid en Gezondheid waar alle medewerkers zich verantwoordelijk voor voelen. De belangrijkste aandachtspunten binnen het vormgeven van het beleid zijn:
1) Het bewustzijn van mogelijke risico’s,
2) Het voeren van een goed beleid op grote risico’s en
3) Het gesprek hierover aangaan met elkaar en met de externe betrokkenen.
Dit alles met als doel, een veilige en gezonde omgeving te creëren waar kinderen onbezorgd kunnen spelen en zich optimaal kunnen ontwikkelen.
3 Grote risico's
In dit hoofdstuk beschrijven we de belangrijkste grote risico’s die op onze locatie kunnen leiden tot ernstige ongevallen, incidenten of gezondheidsproblemen. We hebben de risico’s onderverdeeld in drie categorieën;
Per categorie hebben we de belangrijkste risico’s benoemd met de daarbij behorende maatregelen die zijn of worden genomen om het risico tot het minimum te beperken. Voor de overige risico’s waarvoor we maatregelen nemen verwijzen we naar bijlage waarin de complete risico-inventarisatie is opgenomen die juni 2024 is uitgevoerd. Een evaluatie is uitgevoerd over afgelopen jaar in juni 2024.
3.1 Fysieke veiligheid
Ten aanzien van fysieke veiligheid hebben we de volgende risico’s gedefinieerd als grote risico’s:
2. Vallen van hoogte
Kinderen worden gewezen op de gevaren van klimmen op attributen die daar niet voor bestemd zijn. We blijven dit benoemen en de kinderen volgen adviezen van de pedagogisch medewerkers op. Tevens mogen stoelen, opstapjes ed. niet bij traphekjes staan en of bij ramen die geopend kunnen worden. Er is een balustrade aanwezig. Kinderen mogen niet over de rand kijken en rennen op de gang om struikelen te voorkomen. De de ruimte voor de balustrade dient altijd vrij te zijn van voorwerpen.
We hebben een hard houten trap, in de treden zitten antislip strips voor het uitglijden tegen te gaan. We zullen wij de kinderen “begeleiden” wanneer dit nodig is. Kinderen mogen niet springen van de laatste treden.
3. Verstikking
Op iedere groep wordt er gekeken, naar het aanwezige speelgoed en of hier gevaar is voor kinderen om het speelgoed in hun mond te nemen en zich te verslikken/stikken. Speelgoed wat niet geschikt is voor de leeftijdscategorie wordt direct weggegooid. Speelgoed wordt bij het schoonmaken ook altijd gecontroleerd op losse onderdelen.
Als we denken aan verstikking/verslikking bij het eten, houden we rekening met het geen er aangeboden wordt. Er wordt altijd aan tafel gegeten. Het kan een keer voorkomen dat we op de bank een cracker eten bijv. Wel altijd zittend. Alle pedagogisch medewerkers hebben een EHBO diploma en de kennis om in te grijpen in een noodsituatie.
4. Vergiftiging
Op de Pettenvlet aan Zee, zijn geen giftige artikelen aanwezig welke in het bereik van kinderen zijn. Schoonmaakmiddelen, bestrijdingsmiddelen, medicijnen of andere chemische (gevaarlijke) producten, worden buiten bereik van kinderen opgeborgen. Er is de afspraak gemaakt dat de tassen van de medewerkers, in de kast worden opgeborgen beneden of op kantoor welke afgesloten dient te worden. Ook hierbij geldt alle pedagogisch medewerkers beschikken over een EHBO diploma.
5. Verbranding
Er is op de bovenverdieping een keuken aanwezig. We kunnen tijdens een activiteit gebruik maken van de oven of het fornuis. De pedagogisch medewerkster of assistent is tijdens de activiteit met de oven of fornuis ten alle tijden in de keuken. Thee wordt bewaard in een thermoskan. Wanneer de pedagogisch medewerkers thee/koffie/warme dranken drinken worden deze op hoogte of in de kast buiten bereik van de kinderen weggezet. als er gekookt wordt, en er moet iemand weg bij het fornuis, word de haak op de deur gezet zodat er geen kinderen de keuken in kunnen komen.
6. Verdrinking
Kinderen van het KDV en BSO zijn altijd met een pedagogisch medewerkster buiten. Tenzij ouders toestemming gegeven dat kinderen alleen buiten mogen spelen. Ouders moeten toestemming geven door een handtekening te zetten op het intakeformulier van het kind. Buiten spelen is op het schoolplein naast de BSO. Er is toezicht vanuit de groepsruimte.
Als er gebruikt gemaakt wordt van een zwembad wordt deze nooit verder gevuld dan knie hoogte van de kinderen. Ook wordt er altijd onder toezicht gebruik gemaakt van een zwembad.
7. Kind komt in aanraking met elektriciteit
De stopcontacten zijn voorzien van een beveiliging, deze worden per kwartaal door de BHV-er gecontroleerd en bij ontbreken van de beveiliging worden deze direct vervangen.
Elektrische apparaten worden door de pedagogisch medewerker aan en uit gezet. Kinderen mogen niet de stekkers in en uit de stopcontacten doen/halen.
8. Struikelen en uitglijden
Om te voorkomen dat kinderen, pedagogisch medewerkers of ouders struikelen of uitglijden zorgen we ervoor dat er een open speelruimte is gecreëerd, waarbij de vaste meubels niet in het looppad of centraal inde speelruimte worden geplaatst. We maken op de groep wel gebruik van speelkleden, deze worden zo neergelegd dat ze niet kunnen verschuiven. Natte plekken op de vloer worden direct droog gemaakt.
9. Bezeren aan oneffenheden in muren en meubilair
Er wordt continu gecontroleerd op oneffenheden en meubilair, zoals uitstekende spijkers, schroeven. Meubilair wordt gecontroleerd op scherpe hoeken en randen of beschadigingen die een risico vormen. Er wordt indien nodig direct actie ondernomen. Het meubilair is degelijk en veilig.
3.2 Sociale veiligheid
Ten aanzien van sociale veiligheid hebben we de volgende risico’s gedefinieerd als grote risico’s:
1. Grensoverschrijdend gedrag
Er is een uitgebreid protocol gedrag en pesten aanwezig welke de pedagogisch medewerkers naleven. Op de werkvloer is het de taak van de pedagogisch medewerkers om de kinderen te begeleiden en ondersteunen in hun sociale contacten. Tevens hebben we een beroepscode.
2. Kindermishandeling.
Er is een protocol aanwezig voor de pedagogisch medewerkers bij verdenken en/of vermoeden. We volgen het stappen plan van de meldcode kindermishandeling in de kinderopvang. Jaarlijks wordt dit protocol doorgenomen met de pedagogisch medewerkers. Tevens hebben we een beroepscode. We hebben een aandachtfunctionaris; Britta Kooij
3. Vermissing
Wanneer een kindje niet gebracht wordt en er geen afbericht is gedaan, bellen wij altijd de ouders. Wanneer het op het opde BSO gebeurt gaat direct het protocol vermissing van een kind in werking. Dit houdt in dat er volgens het stappenplan wordt gewerkt. Bij uitstapjes hebben de kinderen een hesje aan. Of een t-shirt welke speciaal bedrukt zijn voor de BSO.
3.3 Gezondheid
Gezondheidsbeleid
Inleiding
Het gezondheidsbeleid draagt bij aan het bewerkstelligen van een gezond leefmilieu voor kinderen, ouders en de medewerkers binnen De Pettenvlet aan Zee. Door het volgen van het beleid en de maatregelen die we hebben genomen en omschreven, worden (grote) gezondheidsrisico’s zoveel mogelijk beperkt en uitgesloten.
Ten aanzien van gezondheid zijn er grote risico’s gedefinieerd;
In bovenstaande gevallen wordt er binnen één werkdag melding gedaan bij de GGD ( artikel 26 meldingen instellingen).
Regelmatig voorkomende besmettelijke infectie ziekten zijn ;
Pedagogisch medewerkers wassen hun handen met zeep en water. In de toilet staat altijd zeep.
We wassen onze handen altijd bij ;
Verspreiding via de lucht:
- Hoest- nies discipline,
- ventileren en luchten
Het binnenmilieu is de leefomgeving binnen een gebouw. Voor een gezond binnenmilieu zijn de volgende factoren van belang; lichtverversing, temperatuur en vochtbalans. We maken gebruik van een protocol en een meetinstrument om de kwaliteit te bewaken. Tevens gelden de volgende punten;
Via voedsel en water
- Voedsel/water hygiëne en voedsel-/waterveiligheid
- We werken via protocollen en temperatuur lijsten.
Via oppervlakken (speelgoed):
- goede schoonmaak /rooster
- we werken via protocollen
Medicatie
Soms hebben kinderen (tijdelijke) medicatie nodig, als dit het geval is vullen ouders een toestemmingsformulier in en deze wordt door de pedagogisch medewerker en ouder getekend. De medicatie dient voorzien van naam van het kind, in de originele verpakking en een houdbaarheidsdatum aangeleverd te worden.
- Schone speel en leef omgeving
Schone speel en leef omgeving
Gezondheid begint bij een schone speel- en leefomgeving. Kinderen horen op te groeien in een veilige en gezonde leef omgeving. Hierbij is het een vereiste dat de binnen- en buiten ruime van de BSO schoon en hygiënisch is. De medewerkers en leidinggevende zijn verantwoordelijk voor het schoonmaakbeleid.
Waarborgen een consequente schoonmaak, door het hanteren van een schoonmaak schema
Wanneer kinderen buiten spelen controleert de pedagogisch medewerker altijd eerst de buiten ruimte op de aanwezigheid van ongedierte, uitwerpselen, afval en andere zaken die een risico vormen voor de veiligheid en daarmee ook de gezondheid van de kinderen.
We hebben protocollen ten aanzien van ;
4 Omgang met kleine risico's
Al jong begrijpen kinderen dat bepaalde dingen wel of niet mogen, maar pas vanaf de leeftijd van gemiddeld twee jaar kun je kinderen echt leren omgaan met diverse kleine risico’s, omdat ze dan de context van afspraken in relatie tot het risico leren begrijpen. Vanaf een jaar of twee kun je dus afspraken maken met de kinderen om kleine risico’s te voorkomen. Denk ten aanzien van veiligheid bijvoorbeeld aan afspraken die gelden tijdens spelsituaties of activiteiten en hoe om te gaan met bijvoorbeeld speelgoed en gereedschap. Om kinderen mee te laten helpen om risico’s te beperken kunnen ook ten aanzien van gezondheid afspraken worden gemaakt. Denk aan het wassen van de handen na toiletbezoek of het houden van een hand / ellenboog voor de mond tijdens niezen of hoesten. Ook kunnen kinderen leren hoe ze met afvalemmers om dienen te gaan.
Onze missie is onze kinderen een zo veilig en gezond mogelijke opvang te bieden. Hierbij willen we ongelukken of ziekte als gevolg van een bijvoorbeeld niet schoon of ondeugdelijk speelgoed voorkomen. Maar met over bescherming doen we de kinderen uiteindelijk ook geen goed. Daarom beschermen we de kinderen tegen grote risico’s. Een bult, een schaafwond of iets dergelijks kan gebeuren.
Daarom aanvaarden wij op onze opvang de risico’s die slechts kleine gevolgen kunnen hebben voor de kinderen en leren ze hier op een juiste manier mee om te gaan. Om risicovolle speelsituaties veilig te houden moeten kinderen zich daarom tijdens spelsituaties of activiteiten houden aan diverse afspraken. Daarnaast zijn er afspraken over hoe om te gaan met spullen als speelgoed en gereedschap, dit om te voorkomen dat door oneigenlijk gebruik letsel kan ontstaan. We leren de kinderen door het juiste voorbeeld te geven, hoe je om gaat met speelgoed, omgeving en met elkaar. OP de BSO hebben we leefregels hangen.
Om gezondheidsrisico’s te beperken en de kinderen hieraan zelf bij te laten dragen zijn daarom goede afspraken met kinderen noodzakelijk. Voorbeelden van afspraken die met kinderen zijn gemaakt zijn het wassen van de handen na toiletbezoek of het houden van een ellenboog voor de mond tijdens niezen of hoesten. We maken gebruik van pictogrammen om de kinderen hierbij te ondersteunen.
De afspraken worden regelmatig met de kinderen besproken en herhaald. Bijvoorbeeld voorafgaand aan een activiteit of spel, voorafgaand aan een toilet ronde en of het buitenspelen of in periodes dat veel kinderen en medewerkers verkouden zijn.
Alle pedagogisch medewerkers werken volgens de huisregels zie bijlage 2. Welke zijn voortgekomen uit de RI.
5 Risico-inventarisatie
Wij maken gebruik van de RI. Deze inventarisatie heeft inzichtelijk gemaakt welke maatregelen in die tijd zijn genomen.
In juni 2024 hebben we de risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid uitgevoerd. Aan de hand van deze inventarisatie hebben we de risico’s op onze locatie in kaart gebracht. De grote risico’s zijn reeds beschreven in hoofdstuk 3. In bijlage zijn de uitkomsten van de risico-inventarisatie terug te vinden, evenals het hieruit volgende actieplan. De bijlage kunt u opvragen via de e-mail of inzien op kantoor. We brengen de risico's in kaart aan de hand van de situatie op de werkvloer, nieuwe situaties, inrichting, meubilair etc. Een plan aangepast aan de situatie. Een plan up to date. De bijlagen kunt u inzien op locatie.
6 Thema’s uitgelicht
6.1 Grensoverschrijdend gedrag
Grensoverschrijdend gedrag door volwassenen of door kinderen kan een enorme impact hebben op het welbevinden van het getroffen kind. In het protocol wordt beschreven hoe het risico op grensoverschrijdend gedrag door zowel aanwezige volwassenen als kinderen zo veel als mogelijk wordt beperkt. Het gaat om het risico op grensoverschrijdend gedrag door beroepskrachten, beroepskrachten in opleiding, stagiairs, vrijwilligers, overige aanwezige volwassenen en kinderen. Onder grensoverschrijdend gedrag vallen zowel seksuele, fysieke als psychische grensoverschrijdingen. Het ziet bijvoorbeeld ook toe op pestgedrag van kinderen onderling. Protocol bijlage 3 kunt u inzien op locatie of opvragen per email.
Grensoverschrijdend gedrag door volwassenen of door kinderen kan een enorme impact hebben op het welbevinden van het getroffen kind. Op onze locatie heeft dit thema dan ook onze bijzondere aandacht. We hebben de volgende maatregelen genomen om grensoverschrijdend gedrag met elkaar te voorkomen en wat te doen als we merken dat het toch gebeurt:
· Tijdens een teamoverleg wordt regelmatig over het onderwerp gesproken om zo een open cultuur te creëren waarbij medewerkers elkaar durven aan te spreken.
· De Meldcode Huiselijke geweld en kindermishandeling wordt nageleefd.
· In het pedagogisch beleidsplan hebben we opgenomen dat kinderen wordt geleerd hoe je met elkaar om kunt gaan waarbij respect is voor normen en waarden. Zo weten kinderen wat wel en niet toelaatbaar is, en wat gepast en ongepast gedrag is.
· Daarnaast leren we kinderen dat het belangrijk is dat ze het direct aangeven als zij bepaald gedrag ervaren dat niet wenselijk is. We helpen ze mondiger te maken op momenten dat dit nodig is.
De volgende maatregelen worden genomen om grensoverschrijdend gedrag te voorkomen:
· Alle medewerkers hebben een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG verklaring).
· We werken met een vier-ogenbeleid.
· Medewerkers kennen het vier-ogenbeleid
· Het vier-ogenbeleid wordt goed nageleefd.
· Medewerkers spreken elkaar aan als ze merken dat het vier-ogenbeleid niet goed wordt nageleefd.
· Er zijn duidelijke afspraken hoe er gehandeld moet worden als een kind een ander kind mishandelt.
· Medewerkers kennen de afspraken hoe er gehandeld moet worden als een kind een ander kind mishandelt.
· Er is een meldcode huiselijk geweld en protocol wat te doen als kindermishandeling.
· Medewerkers kennen de meldcode en passen hem toe bij een vermoeden van kindermishandeling.
6.2 Vierogenprincipe
Op de dagopvang (0-4 jaar) is het wettelijk verplicht het vierogen-principe toe te passen. Dit vormt een belangrijk onderdeel van het beperken van het risico op grensoverschrijdend gedrag. Vanuit de wet wordt geëist dat de opvang zodanig wordt georganiseerd dat een pedagogisch medewerker, pedagogisch medewerker in opleiding, stagiair, vrijwilliger of andere volwassene de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij of zij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene. Doel van dit principe is dat het risico op misbruik van kinderen wordt beperkt, en wel door te voorkomen dat volwassenen zich binnen een kinderdagverblijf of een peuterspeelzaal gedurende langere tijd ongehoord of ongezien kunnen terugtrekken met een kind. Indien mogelijk passen wij dit ook toe op de BSO. Er wordt altijd gekeken of het mogelijk is dat er twee volwassenen aanwezig zijn op de groep. (bijv Pm-er en een stagiaire, twee PM-ers etc...)
6.3 Achterwachtregeling
Een achterwacht is in twee situaties nodig:
- Er is één pedagogisch medewerker op de locatie, waarbij wordt voldaan aan de BKR. In deze situatie moet een volwassene op afroep beschikbaar zijn die binnen 15 minuten op de locatie kan zijn. Deze persoon is tijdens opvangtijden altijd telefonisch bereikbaar.
- Er is één pedagogisch medewerker op de locatie, waarbij niet aan de BKR wordt voldaan (drie-uursregeling). In deze situatie moet een tweede volwassene op de locatie aanwezig zijn. De afwijkende inzet mag op de dagen van de week verschillen, maar niet per week verschillen.
De volgende personen zijn bereikbaar als achterwacht:
Britta Kooij 0623337212
Manon Duinmeijer 0625107880
7 EHBO regeling
Om adequaat te kunnen handelen bij incidenten is het noodzakelijk dat er tijdens openingsuren op elke locatie minimaal één volwassene aanwezig is met een geldig en geregistreerd certificaat voor kinder-EHBO.
Er zijn voldoende medewerkers met een geldig en geregistreerd certificaat voor kinder-EHBO
Op onze locatie doen we er alles aan om te voorkomen dat een kind letsel oploopt als gevolg van een ongeluk(je). Toch is dit helaas niet geheel te voorkomen. Daarnaast kunnen zich andere calamiteiten voordoen, waardoor EHBO noodzakelijk is. Op onze locatie hebben alle medewerkers een geldig en geregistreerd certificaat voor kinder-EHBO
Alle diploma’s zitten in de personeelsmap of zijn online in te zien.
8 Beleidscyclus
8.1 Beleidscyclus
Onze beleidscyclus starten we met een uitgebreide risico-inventarisatie. Op basis van de uitkomsten van de risico-inventarisatie maken we een actieplan en een jaarplan op. De voortgang van beide plannen wordt regelmatig geëvalueerd tijdens teamoverleggen. Op basis van de evaluaties wordt het beleidsplan Veiligheid en Gezondheid bijgesteld. En bij veranderingen van situaties directe aanpassing.
8.2 Plan van aanpak
8.2.1 Welke maatregelen worden genomen?
De risico-inventarisaties hebben inzicht gegeven in de huidige stand van zaken ten aanzien van veiligheid en gezondheid. Naar aanleiding van deze inventarisatie zijn er een aantal actiepunten op de agenda gezet met als doel de kwaliteit van de opvang te verbeteren. Dit kan variëren per thema bijv denk aan aankleding.
Voor een totaaloverzicht van te nemen maatregelen wordt verwezen naar bijlage [1]
8.2.2 Hoe worden maatregelen geëvalueerd?
Om te bepalen of de genomen acties en maatregelen ertoe hebben geleid dat er een veiligere en gezondere opvang kan worden geboden, evalueren we per kwartaal de genomen maatregelen en/of ondernomen acties tijdens ons teamoverleg. Indien een maatregel of actie een positief effect heeft gehad, wordt het veiligheids- en gezondheidsbeleid hierop aangepast.
9 Communicatie en afstemming intern en extern
9.1 Intern en extern betrokkenen (pedagogisch medewerkers, pedagogisch medewerkers in opleiding, stagiairs, vrijwilligers en ouders)
We vinden het belangrijk dat medewerkers zich betrokken voelen bij het veiligheids- en gezondheidsbeleid. Wanneer het beleidsplan voor veiligheid en gezondheid wordt opgesteld of bijgesteld, spelen zij dan ook allen een actieve rol hierin. Wanneer een nieuwe medewerker op de locatie komt werken zorgen we voor een uitgebreide introductie in het veiligheids- en gezondheidsbeleid, met indien nodig eventuele extra opleiding en instructies. Zodanig dat deze persoon in staat is tot het nemen van maatregelen wanneer dit aan de orde is.
Tijdens team overleggen is het bespreken van mogelijke veiligheids- en gezondheidsrisico’s een vast agendapunt. Zo wordt het mogelijk zaken bespreekbaar te maken en direct bij te stellen. Medewerkers worden hierdoor vertrouwd met het geven van feedback aan elkaar. Ook doen we dit bij de start van de dag, tijdens een activiteit en het sluiten van de dag.
Tijdens het intake gesprek berichten we ouders over onze activiteiten ten aanzien van veiligheid en gezondheid. Zo zijn ouders direct op de hoogte van onze visie ten aanzien van veiligheid en gezondheid. Daarnaast worden ouders via de maandelijkse nieuwsbrief en via de oudercommissie op de hoogte gehouden van lopende activiteiten. Wanneer er vragen zijn van ouders worden deze zo mogelijk ter plekke beantwoord. Wanneer deze vraag voor meerdere ouders interessant is, wordt deze tevens in de nieuwsbrief opgenomen. Ook is het beleid in te lezen op onze website. Op de BSO kunnen ouders toestemming geven voor bijv het alleen buiten spelen op het intake formulier van het kind.
Beleid Veiligheid & Gezondheid
Versie juni 2024
Inhoudsopgave
Hoofdstuk
1 Inleiding
1.1 Introductie
2 Missie, visie en doel
3 Grote risico's
3.1 Fysieke veiligheid
3.2 Sociale veiligheid
3.3 Gezondheid
4 Omgang met kleine risico's
5 Risico-inventarisatie
6 Thema’s uitgelicht
6.1 Grensoverschrijdend gedrag
6.2 Vierogenprincipe
6.3 Achterwachtregeling
7 EHBO regeling
8 Beleidscyclus
8.1 Beleidscyclus
8.2 Plan van aanpak
8.2.1 Welke maatregelen worden genomen?
8.2.2 Hoe worden maatregelen geëvalueerd?
9 Communicatie en afstemming intern en extern
10 Ondersteuning en melding van klachten
1 Inleiding
1.1 Introductie
Voor u ligt het beleidsplan Veiligheid en Gezondheid van BSO De Pettenvlet aan Zee. Met behulp van dit beleidsplan wordt inzichtelijk gemaakt hoe we op onze locatie werken. Met als doel de kinderen en medewerkers een zo veilig en gezond mogelijke werk, speel en leefomgeving te bieden waarbij kinderen beschermd worden tegen risico’s met ernstige gevolgen en leren omgaan met kleine risico’s.
Dit beleidsplan is herschreven in juni 2024 naar aanleiding van onze RI evaluatie. Om tot dit beleidsplan te komen zijn aan de hand van diverse thema’s gesprekken gevoerd met medewerkers en is er gekeken naar de RI van de afgelopen jaren. Centraal stond hierin of de huidige manier van werken leidt tot een zo veilig en gezond mogelijke werk-, speel- en leefomgeving. Indien noodzakelijk zijn er maatregelen opgesteld voor verbetering.
Manon Duinmeijer is eindverantwoordelijke voor het beleidsplan Veiligheid en Gezondheid. Een beleid komt in de praktijk echter pas goed tot zijn recht als alle medewerkers zich betrokken voelen en het beleid uitdragen. Daarom zal er tijdens elk teamoverleg een thema, of een onderdeel van een thema, over veiligheid of gezondheid op de agenda staan. Dit om continu in gesprek te blijven over het beleid. Zo blijven we scherp op onze werkwijzen, kunnen we monitoren of genomen maatregelen wel of niet effectief zijn en kunnen we bij veranderingen in de omgeving of situatie, zoals bij verbouwingen of veranderingen in de inrichting, direct controleren of het beleid al dan niet moet worden aangescherpt.
2 Missie, visie en doel
Missie:
Wij vangen kinderen op in een veilige en gezonde kinderopvang. Dit doen we door:
- Kinderen af te schermen van grote risico’s
- Kinderen te leren omgaan met kleinere risico’s
- Kinderen uit te dagen en te prikkelen in hun ontwikkeling
Visie:
De Pettenvlet aan Zee staat voor kinderopvang waar gewerkt wordt door te kijken naar het kind en vanuit daar een belangrijke bijdrage leveren aan de ontwikkeling, opvoeding en verzorging van kinderen. Het blijven uitdagen van kinderen en het leren omgaan met verschillende soorten situaties vormen daarvan een belangrijk onderdeel. Een veilige en gezonde leef- en speelomgeving vormt de basis van dit alles.
Doel :
Vanuit de wet Innovatie Kwaliteit Kinderopvang dienen wij een beleid te creëren ten aanzien van Veiligheid en Gezondheid waar alle medewerkers zich verantwoordelijk voor voelen. De belangrijkste aandachtspunten binnen het vormgeven van het beleid zijn:
1) Het bewustzijn van mogelijke risico’s,
2) Het voeren van een goed beleid op grote risico’s en
3) Het gesprek hierover aangaan met elkaar en met de externe betrokkenen.
Dit alles met als doel, een veilige en gezonde omgeving te creëren waar kinderen onbezorgd kunnen spelen en zich optimaal kunnen ontwikkelen.
3 Grote risico's
In dit hoofdstuk beschrijven we de belangrijkste grote risico’s die op onze locatie kunnen leiden tot ernstige ongevallen, incidenten of gezondheidsproblemen. We hebben de risico’s onderverdeeld in drie categorieën;
- Fysieke veiligheid
- Sociale veiligheid
- Gezondheid
Per categorie hebben we de belangrijkste risico’s benoemd met de daarbij behorende maatregelen die zijn of worden genomen om het risico tot het minimum te beperken. Voor de overige risico’s waarvoor we maatregelen nemen verwijzen we naar bijlage waarin de complete risico-inventarisatie is opgenomen die juni 2024 is uitgevoerd. Een evaluatie is uitgevoerd over afgelopen jaar in juni 2024.
3.1 Fysieke veiligheid
Ten aanzien van fysieke veiligheid hebben we de volgende risico’s gedefinieerd als grote risico’s:
- Kind komt met vingers tussen de deur
2. Vallen van hoogte
Kinderen worden gewezen op de gevaren van klimmen op attributen die daar niet voor bestemd zijn. We blijven dit benoemen en de kinderen volgen adviezen van de pedagogisch medewerkers op. Tevens mogen stoelen, opstapjes ed. niet bij traphekjes staan en of bij ramen die geopend kunnen worden. Er is een balustrade aanwezig. Kinderen mogen niet over de rand kijken en rennen op de gang om struikelen te voorkomen. De de ruimte voor de balustrade dient altijd vrij te zijn van voorwerpen.
We hebben een hard houten trap, in de treden zitten antislip strips voor het uitglijden tegen te gaan. We zullen wij de kinderen “begeleiden” wanneer dit nodig is. Kinderen mogen niet springen van de laatste treden.
3. Verstikking
Op iedere groep wordt er gekeken, naar het aanwezige speelgoed en of hier gevaar is voor kinderen om het speelgoed in hun mond te nemen en zich te verslikken/stikken. Speelgoed wat niet geschikt is voor de leeftijdscategorie wordt direct weggegooid. Speelgoed wordt bij het schoonmaken ook altijd gecontroleerd op losse onderdelen.
Als we denken aan verstikking/verslikking bij het eten, houden we rekening met het geen er aangeboden wordt. Er wordt altijd aan tafel gegeten. Het kan een keer voorkomen dat we op de bank een cracker eten bijv. Wel altijd zittend. Alle pedagogisch medewerkers hebben een EHBO diploma en de kennis om in te grijpen in een noodsituatie.
4. Vergiftiging
Op de Pettenvlet aan Zee, zijn geen giftige artikelen aanwezig welke in het bereik van kinderen zijn. Schoonmaakmiddelen, bestrijdingsmiddelen, medicijnen of andere chemische (gevaarlijke) producten, worden buiten bereik van kinderen opgeborgen. Er is de afspraak gemaakt dat de tassen van de medewerkers, in de kast worden opgeborgen beneden of op kantoor welke afgesloten dient te worden. Ook hierbij geldt alle pedagogisch medewerkers beschikken over een EHBO diploma.
5. Verbranding
Er is op de bovenverdieping een keuken aanwezig. We kunnen tijdens een activiteit gebruik maken van de oven of het fornuis. De pedagogisch medewerkster of assistent is tijdens de activiteit met de oven of fornuis ten alle tijden in de keuken. Thee wordt bewaard in een thermoskan. Wanneer de pedagogisch medewerkers thee/koffie/warme dranken drinken worden deze op hoogte of in de kast buiten bereik van de kinderen weggezet. als er gekookt wordt, en er moet iemand weg bij het fornuis, word de haak op de deur gezet zodat er geen kinderen de keuken in kunnen komen.
6. Verdrinking
Kinderen van het KDV en BSO zijn altijd met een pedagogisch medewerkster buiten. Tenzij ouders toestemming gegeven dat kinderen alleen buiten mogen spelen. Ouders moeten toestemming geven door een handtekening te zetten op het intakeformulier van het kind. Buiten spelen is op het schoolplein naast de BSO. Er is toezicht vanuit de groepsruimte.
Als er gebruikt gemaakt wordt van een zwembad wordt deze nooit verder gevuld dan knie hoogte van de kinderen. Ook wordt er altijd onder toezicht gebruik gemaakt van een zwembad.
7. Kind komt in aanraking met elektriciteit
De stopcontacten zijn voorzien van een beveiliging, deze worden per kwartaal door de BHV-er gecontroleerd en bij ontbreken van de beveiliging worden deze direct vervangen.
Elektrische apparaten worden door de pedagogisch medewerker aan en uit gezet. Kinderen mogen niet de stekkers in en uit de stopcontacten doen/halen.
8. Struikelen en uitglijden
Om te voorkomen dat kinderen, pedagogisch medewerkers of ouders struikelen of uitglijden zorgen we ervoor dat er een open speelruimte is gecreëerd, waarbij de vaste meubels niet in het looppad of centraal inde speelruimte worden geplaatst. We maken op de groep wel gebruik van speelkleden, deze worden zo neergelegd dat ze niet kunnen verschuiven. Natte plekken op de vloer worden direct droog gemaakt.
9. Bezeren aan oneffenheden in muren en meubilair
Er wordt continu gecontroleerd op oneffenheden en meubilair, zoals uitstekende spijkers, schroeven. Meubilair wordt gecontroleerd op scherpe hoeken en randen of beschadigingen die een risico vormen. Er wordt indien nodig direct actie ondernomen. Het meubilair is degelijk en veilig.
3.2 Sociale veiligheid
Ten aanzien van sociale veiligheid hebben we de volgende risico’s gedefinieerd als grote risico’s:
1. Grensoverschrijdend gedrag
Er is een uitgebreid protocol gedrag en pesten aanwezig welke de pedagogisch medewerkers naleven. Op de werkvloer is het de taak van de pedagogisch medewerkers om de kinderen te begeleiden en ondersteunen in hun sociale contacten. Tevens hebben we een beroepscode.
2. Kindermishandeling.
Er is een protocol aanwezig voor de pedagogisch medewerkers bij verdenken en/of vermoeden. We volgen het stappen plan van de meldcode kindermishandeling in de kinderopvang. Jaarlijks wordt dit protocol doorgenomen met de pedagogisch medewerkers. Tevens hebben we een beroepscode. We hebben een aandachtfunctionaris; Britta Kooij
3. Vermissing
Wanneer een kindje niet gebracht wordt en er geen afbericht is gedaan, bellen wij altijd de ouders. Wanneer het op het opde BSO gebeurt gaat direct het protocol vermissing van een kind in werking. Dit houdt in dat er volgens het stappenplan wordt gewerkt. Bij uitstapjes hebben de kinderen een hesje aan. Of een t-shirt welke speciaal bedrukt zijn voor de BSO.
3.3 Gezondheid
Gezondheidsbeleid
Inleiding
Het gezondheidsbeleid draagt bij aan het bewerkstelligen van een gezond leefmilieu voor kinderen, ouders en de medewerkers binnen De Pettenvlet aan Zee. Door het volgen van het beleid en de maatregelen die we hebben genomen en omschreven, worden (grote) gezondheidsrisico’s zoveel mogelijk beperkt en uitgesloten.
Ten aanzien van gezondheid zijn er grote risico’s gedefinieerd;
- Gastro enteritis (bijvoorbeeld diarree door onhygiënisch werken bij luier verschonen / toilet bril= kruisbesmetting)
- Voedselinfectie of voedselvergiftiging
- Infectie via water (legionella)
- Huidinfectie (bijvoorbeeld krentenbaard)
- Luchtweginfectie (bijvoorbeeld RS virus)
In bovenstaande gevallen wordt er binnen één werkdag melding gedaan bij de GGD ( artikel 26 meldingen instellingen).
Regelmatig voorkomende besmettelijke infectie ziekten zijn ;
- Waterpokken
- Krentenbaard
- Hoofdluis
- Ontstoken ogen
Pedagogisch medewerkers wassen hun handen met zeep en water. In de toilet staat altijd zeep.
We wassen onze handen altijd bij ;
- voor het (klaarmaken van) eten;
- na een toiletbezoek;
- na het aaien of knuffelen van (huis-)dieren;
- na het buitenspelen;
- na het schoonmaken. Dus ook nadat je een vaatdoekje hebt gebruikt dit kan dmv de desinfect;
- na hoesten, niezen of het snuiten van de neus. (kan met desinfect)
- Na het verzorgen van wondjes
- Na het in contact komen met lichaamsvocht
- Bij zichtbaar vieze handen
- voor en na het toedienen van (tijdelijke) medicatie
Verspreiding via de lucht:
- Hoest- nies discipline,
- ventileren en luchten
Het binnenmilieu is de leefomgeving binnen een gebouw. Voor een gezond binnenmilieu zijn de volgende factoren van belang; lichtverversing, temperatuur en vochtbalans. We maken gebruik van een protocol en een meetinstrument om de kwaliteit te bewaken. Tevens gelden de volgende punten;
- Voldoende ventileren
- Aangename temperatuur rond de 18 graden
- In de zomer gebruik maken van het warmte protocol
- We gebruiken geen spuitbussen in de ruimte met kinderen
- Bij aankoop met lijm wordt er rekening gehouden met de ingrediënten, zoveel mogelijk op waterbasis
- We gebruiken geen sterk geurende producten
Via voedsel en water
- Voedsel/water hygiëne en voedsel-/waterveiligheid
- We werken via protocollen en temperatuur lijsten.
Via oppervlakken (speelgoed):
- goede schoonmaak /rooster
- we werken via protocollen
Medicatie
Soms hebben kinderen (tijdelijke) medicatie nodig, als dit het geval is vullen ouders een toestemmingsformulier in en deze wordt door de pedagogisch medewerker en ouder getekend. De medicatie dient voorzien van naam van het kind, in de originele verpakking en een houdbaarheidsdatum aangeleverd te worden.
- Schone speel en leef omgeving
Schone speel en leef omgeving
Gezondheid begint bij een schone speel- en leefomgeving. Kinderen horen op te groeien in een veilige en gezonde leef omgeving. Hierbij is het een vereiste dat de binnen- en buiten ruime van de BSO schoon en hygiënisch is. De medewerkers en leidinggevende zijn verantwoordelijk voor het schoonmaakbeleid.
Waarborgen een consequente schoonmaak, door het hanteren van een schoonmaak schema
- Zichtbaar verontreinigde ruimtes worden direct schoongemaakt
- Sanitaire ruimtes worden 1x per dag schoongemaakt (bij start en sluiten en er is altijd controle)
- Meubilair is goed schoon te houden
- Vloeren worden dagelijks gereinigd
- Speelgoed dat door zieke en verkouden kinderen is gebruikt wordt direct gereinigd.
- Schoonmaak schema is in te zien op de werkvloer
Wanneer kinderen buiten spelen controleert de pedagogisch medewerker altijd eerst de buiten ruimte op de aanwezigheid van ongedierte, uitwerpselen, afval en andere zaken die een risico vormen voor de veiligheid en daarmee ook de gezondheid van de kinderen.
We hebben protocollen ten aanzien van ;
- Teken beten
- Wespen
- Zonverbranding
- Warmte
- Zandbak
4 Omgang met kleine risico's
Al jong begrijpen kinderen dat bepaalde dingen wel of niet mogen, maar pas vanaf de leeftijd van gemiddeld twee jaar kun je kinderen echt leren omgaan met diverse kleine risico’s, omdat ze dan de context van afspraken in relatie tot het risico leren begrijpen. Vanaf een jaar of twee kun je dus afspraken maken met de kinderen om kleine risico’s te voorkomen. Denk ten aanzien van veiligheid bijvoorbeeld aan afspraken die gelden tijdens spelsituaties of activiteiten en hoe om te gaan met bijvoorbeeld speelgoed en gereedschap. Om kinderen mee te laten helpen om risico’s te beperken kunnen ook ten aanzien van gezondheid afspraken worden gemaakt. Denk aan het wassen van de handen na toiletbezoek of het houden van een hand / ellenboog voor de mond tijdens niezen of hoesten. Ook kunnen kinderen leren hoe ze met afvalemmers om dienen te gaan.
Onze missie is onze kinderen een zo veilig en gezond mogelijke opvang te bieden. Hierbij willen we ongelukken of ziekte als gevolg van een bijvoorbeeld niet schoon of ondeugdelijk speelgoed voorkomen. Maar met over bescherming doen we de kinderen uiteindelijk ook geen goed. Daarom beschermen we de kinderen tegen grote risico’s. Een bult, een schaafwond of iets dergelijks kan gebeuren.
Daarom aanvaarden wij op onze opvang de risico’s die slechts kleine gevolgen kunnen hebben voor de kinderen en leren ze hier op een juiste manier mee om te gaan. Om risicovolle speelsituaties veilig te houden moeten kinderen zich daarom tijdens spelsituaties of activiteiten houden aan diverse afspraken. Daarnaast zijn er afspraken over hoe om te gaan met spullen als speelgoed en gereedschap, dit om te voorkomen dat door oneigenlijk gebruik letsel kan ontstaan. We leren de kinderen door het juiste voorbeeld te geven, hoe je om gaat met speelgoed, omgeving en met elkaar. OP de BSO hebben we leefregels hangen.
Om gezondheidsrisico’s te beperken en de kinderen hieraan zelf bij te laten dragen zijn daarom goede afspraken met kinderen noodzakelijk. Voorbeelden van afspraken die met kinderen zijn gemaakt zijn het wassen van de handen na toiletbezoek of het houden van een ellenboog voor de mond tijdens niezen of hoesten. We maken gebruik van pictogrammen om de kinderen hierbij te ondersteunen.
De afspraken worden regelmatig met de kinderen besproken en herhaald. Bijvoorbeeld voorafgaand aan een activiteit of spel, voorafgaand aan een toilet ronde en of het buitenspelen of in periodes dat veel kinderen en medewerkers verkouden zijn.
Alle pedagogisch medewerkers werken volgens de huisregels zie bijlage 2. Welke zijn voortgekomen uit de RI.
5 Risico-inventarisatie
Wij maken gebruik van de RI. Deze inventarisatie heeft inzichtelijk gemaakt welke maatregelen in die tijd zijn genomen.
In juni 2024 hebben we de risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid uitgevoerd. Aan de hand van deze inventarisatie hebben we de risico’s op onze locatie in kaart gebracht. De grote risico’s zijn reeds beschreven in hoofdstuk 3. In bijlage zijn de uitkomsten van de risico-inventarisatie terug te vinden, evenals het hieruit volgende actieplan. De bijlage kunt u opvragen via de e-mail of inzien op kantoor. We brengen de risico's in kaart aan de hand van de situatie op de werkvloer, nieuwe situaties, inrichting, meubilair etc. Een plan aangepast aan de situatie. Een plan up to date. De bijlagen kunt u inzien op locatie.
6 Thema’s uitgelicht
6.1 Grensoverschrijdend gedrag
Grensoverschrijdend gedrag door volwassenen of door kinderen kan een enorme impact hebben op het welbevinden van het getroffen kind. In het protocol wordt beschreven hoe het risico op grensoverschrijdend gedrag door zowel aanwezige volwassenen als kinderen zo veel als mogelijk wordt beperkt. Het gaat om het risico op grensoverschrijdend gedrag door beroepskrachten, beroepskrachten in opleiding, stagiairs, vrijwilligers, overige aanwezige volwassenen en kinderen. Onder grensoverschrijdend gedrag vallen zowel seksuele, fysieke als psychische grensoverschrijdingen. Het ziet bijvoorbeeld ook toe op pestgedrag van kinderen onderling. Protocol bijlage 3 kunt u inzien op locatie of opvragen per email.
Grensoverschrijdend gedrag door volwassenen of door kinderen kan een enorme impact hebben op het welbevinden van het getroffen kind. Op onze locatie heeft dit thema dan ook onze bijzondere aandacht. We hebben de volgende maatregelen genomen om grensoverschrijdend gedrag met elkaar te voorkomen en wat te doen als we merken dat het toch gebeurt:
· Tijdens een teamoverleg wordt regelmatig over het onderwerp gesproken om zo een open cultuur te creëren waarbij medewerkers elkaar durven aan te spreken.
· De Meldcode Huiselijke geweld en kindermishandeling wordt nageleefd.
· In het pedagogisch beleidsplan hebben we opgenomen dat kinderen wordt geleerd hoe je met elkaar om kunt gaan waarbij respect is voor normen en waarden. Zo weten kinderen wat wel en niet toelaatbaar is, en wat gepast en ongepast gedrag is.
· Daarnaast leren we kinderen dat het belangrijk is dat ze het direct aangeven als zij bepaald gedrag ervaren dat niet wenselijk is. We helpen ze mondiger te maken op momenten dat dit nodig is.
De volgende maatregelen worden genomen om grensoverschrijdend gedrag te voorkomen:
· Alle medewerkers hebben een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG verklaring).
· We werken met een vier-ogenbeleid.
· Medewerkers kennen het vier-ogenbeleid
· Het vier-ogenbeleid wordt goed nageleefd.
· Medewerkers spreken elkaar aan als ze merken dat het vier-ogenbeleid niet goed wordt nageleefd.
· Er zijn duidelijke afspraken hoe er gehandeld moet worden als een kind een ander kind mishandelt.
· Medewerkers kennen de afspraken hoe er gehandeld moet worden als een kind een ander kind mishandelt.
· Er is een meldcode huiselijk geweld en protocol wat te doen als kindermishandeling.
· Medewerkers kennen de meldcode en passen hem toe bij een vermoeden van kindermishandeling.
6.2 Vierogenprincipe
Op de dagopvang (0-4 jaar) is het wettelijk verplicht het vierogen-principe toe te passen. Dit vormt een belangrijk onderdeel van het beperken van het risico op grensoverschrijdend gedrag. Vanuit de wet wordt geëist dat de opvang zodanig wordt georganiseerd dat een pedagogisch medewerker, pedagogisch medewerker in opleiding, stagiair, vrijwilliger of andere volwassene de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij of zij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene. Doel van dit principe is dat het risico op misbruik van kinderen wordt beperkt, en wel door te voorkomen dat volwassenen zich binnen een kinderdagverblijf of een peuterspeelzaal gedurende langere tijd ongehoord of ongezien kunnen terugtrekken met een kind. Indien mogelijk passen wij dit ook toe op de BSO. Er wordt altijd gekeken of het mogelijk is dat er twee volwassenen aanwezig zijn op de groep. (bijv Pm-er en een stagiaire, twee PM-ers etc...)
6.3 Achterwachtregeling
Een achterwacht is in twee situaties nodig:
- Er is één pedagogisch medewerker op de locatie, waarbij wordt voldaan aan de BKR. In deze situatie moet een volwassene op afroep beschikbaar zijn die binnen 15 minuten op de locatie kan zijn. Deze persoon is tijdens opvangtijden altijd telefonisch bereikbaar.
- Er is één pedagogisch medewerker op de locatie, waarbij niet aan de BKR wordt voldaan (drie-uursregeling). In deze situatie moet een tweede volwassene op de locatie aanwezig zijn. De afwijkende inzet mag op de dagen van de week verschillen, maar niet per week verschillen.
De volgende personen zijn bereikbaar als achterwacht:
Britta Kooij 0623337212
Manon Duinmeijer 0625107880
7 EHBO regeling
Om adequaat te kunnen handelen bij incidenten is het noodzakelijk dat er tijdens openingsuren op elke locatie minimaal één volwassene aanwezig is met een geldig en geregistreerd certificaat voor kinder-EHBO.
Er zijn voldoende medewerkers met een geldig en geregistreerd certificaat voor kinder-EHBO
Op onze locatie doen we er alles aan om te voorkomen dat een kind letsel oploopt als gevolg van een ongeluk(je). Toch is dit helaas niet geheel te voorkomen. Daarnaast kunnen zich andere calamiteiten voordoen, waardoor EHBO noodzakelijk is. Op onze locatie hebben alle medewerkers een geldig en geregistreerd certificaat voor kinder-EHBO
Alle diploma’s zitten in de personeelsmap of zijn online in te zien.
8 Beleidscyclus
8.1 Beleidscyclus
Onze beleidscyclus starten we met een uitgebreide risico-inventarisatie. Op basis van de uitkomsten van de risico-inventarisatie maken we een actieplan en een jaarplan op. De voortgang van beide plannen wordt regelmatig geëvalueerd tijdens teamoverleggen. Op basis van de evaluaties wordt het beleidsplan Veiligheid en Gezondheid bijgesteld. En bij veranderingen van situaties directe aanpassing.
8.2 Plan van aanpak
8.2.1 Welke maatregelen worden genomen?
De risico-inventarisaties hebben inzicht gegeven in de huidige stand van zaken ten aanzien van veiligheid en gezondheid. Naar aanleiding van deze inventarisatie zijn er een aantal actiepunten op de agenda gezet met als doel de kwaliteit van de opvang te verbeteren. Dit kan variëren per thema bijv denk aan aankleding.
Voor een totaaloverzicht van te nemen maatregelen wordt verwezen naar bijlage [1]
8.2.2 Hoe worden maatregelen geëvalueerd?
Om te bepalen of de genomen acties en maatregelen ertoe hebben geleid dat er een veiligere en gezondere opvang kan worden geboden, evalueren we per kwartaal de genomen maatregelen en/of ondernomen acties tijdens ons teamoverleg. Indien een maatregel of actie een positief effect heeft gehad, wordt het veiligheids- en gezondheidsbeleid hierop aangepast.
9 Communicatie en afstemming intern en extern
9.1 Intern en extern betrokkenen (pedagogisch medewerkers, pedagogisch medewerkers in opleiding, stagiairs, vrijwilligers en ouders)
We vinden het belangrijk dat medewerkers zich betrokken voelen bij het veiligheids- en gezondheidsbeleid. Wanneer het beleidsplan voor veiligheid en gezondheid wordt opgesteld of bijgesteld, spelen zij dan ook allen een actieve rol hierin. Wanneer een nieuwe medewerker op de locatie komt werken zorgen we voor een uitgebreide introductie in het veiligheids- en gezondheidsbeleid, met indien nodig eventuele extra opleiding en instructies. Zodanig dat deze persoon in staat is tot het nemen van maatregelen wanneer dit aan de orde is.
Tijdens team overleggen is het bespreken van mogelijke veiligheids- en gezondheidsrisico’s een vast agendapunt. Zo wordt het mogelijk zaken bespreekbaar te maken en direct bij te stellen. Medewerkers worden hierdoor vertrouwd met het geven van feedback aan elkaar. Ook doen we dit bij de start van de dag, tijdens een activiteit en het sluiten van de dag.
Tijdens het intake gesprek berichten we ouders over onze activiteiten ten aanzien van veiligheid en gezondheid. Zo zijn ouders direct op de hoogte van onze visie ten aanzien van veiligheid en gezondheid. Daarnaast worden ouders via de maandelijkse nieuwsbrief en via de oudercommissie op de hoogte gehouden van lopende activiteiten. Wanneer er vragen zijn van ouders worden deze zo mogelijk ter plekke beantwoord. Wanneer deze vraag voor meerdere ouders interessant is, wordt deze tevens in de nieuwsbrief opgenomen. Ook is het beleid in te lezen op onze website. Op de BSO kunnen ouders toestemming geven voor bijv het alleen buiten spelen op het intake formulier van het kind.